Breuken met pannenkoeken

Beste ouders,
Deze week nodigen wij uit om gezellig aan tafel te rekenen met breuken. Hoe? We kunnen u alvast verklappen dat het heerlijke breuken worden met pannenkoeken! Yum yum……………………………..

Benodigdheden:

• 2 pannenkoeken per persoon
• Poedersuiker/nutella/appelstroop
• Bestek, borden en een tafel

Wat gaat u doen?

Stap 1: U kunt gezellig met uw kinderen pannenkoeken bakken.
Tip: Stel uw kinderen rekenvragen tijdens het bakken:

Enkele voorbeeldvragen:

• Stel dat u 100 ml melk gebruikt voor de pannenkoeken.
  Dan kunt u als rekenvraag stellen hoeveel dl of cl dat is?
• Vraag uw kind hoe laat het is als jullie beginnen met het maken van de pannenkoeken. Deze starttijd moet uw kind noteren. Als u klaar bent, vraagt u aan uw kind hoe laat het nu is en daarna stelt u de volgende vraag: Hoeveel minuten duurde het bakken van de pannenkoeken in totaal?
• Laat uw kind het meel voor de pannenkoeken wegen in een keukenweegschaal (onder uw toezicht natuurlijk). Hierbij kunt u uw kind vragen hoeveel gram er in de weegschaal is en hoeveel kg dat is.

Stap 2: Geef iedereen één pannenkoek op een bord met bestek.

Stap 3:

Ontdekken hoe de pannenkoek verdeeld kan worden in delen van ½, ¼, ¹/₈ en ¹/₁₆.

• Laat iedereen de pannenkoek in 2 even grote stukken verdelen en stel de volgende vraag: Welke breuk hoort er nu bij elk stuk?
• Vervolgens halveren jullie de pannenkoek weer, waarbij u wederom vraagt welke breuk nu bij elk stuk hoort.
  (Dat is in dit geval ¼; want er zijn 4 even grote stukken).
• Hierna halveert iedereen hun pannenkoek nog een keer en bespreken jullie met elkaar welke breuk er nu bij elk stuk van de pannenkoek hoort. Er zijn nu 8 stukken; dus 1 stuk is even groot als………………
  (het antwoord is dus 1 : 8 = 1 van de 8 stukken oftewel ¹/₈ ).
• Tot slot halveren jullie de pannenkoek nogmaals.
  Welke breuk hoort er nu bij elk stuk?
  Tip: Er zijn 16 stukken…………….., de breuk is dus………………

Stap 4: Verdeel de 2^e pannenkoek in 2 delen, zodat ieder stuk ½ groot.

Stap 5: Nu kunt u samen met uw kind optellen en aftrekken met breuken.

• U kunt bijvoorbeeld vragen hoeveel keer zou het stuk van ¼ of ¹/₈  of  ¹/₁₆ passen in het stuk van ½?
• Dus ½ is even groot als……^…./₄  of ^…./₈ of ^…./₁₆ ?
• Waarom is ¹/₈  + ¹/₈  even groot als ¼?
• Hoeveel is ⁸/₁₆ + ⁴/₈ ?
• Hoeveel zou ½ – ¼ zijn? Of ½ – ¹/₈?
• Uiteraard uw eigen rekenvragen!

Stap 6: Versier jullie pannenkoeken met poedersuiker/ nutella of appelstroop.

Eet smakelijk!